'Ik ben een kikker die gekust wil worden' werd gepubliceerd in het programmaboekje van Circa 2009, in Sensor (Sensoa) en in'Dansen in het luchtledige - Leven met HIV' de autobiografie van Patrick Reyntiens, geschreven in samenwerking met auteur Luc De Keersmaecker
De dood is de man met de zeis, de rustbrenger, de insluiper, maar ook de welkome gast. De dood is alles en niets. De dood confronteert ons met wat we vrezen, wat we verwachten, dat wat we kennen, ontkennen, erkennen. De dood is deel van ons leven, of we willen of niet. .
De dood als onlosmakelijk onderdeel van het
leven heeft sjamaniste Linda Wormhoudt altijd al gefascineerd. Ze deed veel
onderzoek naar rituelen rond de dood in verschillende culturen, omdat deze veel
vertellen over mensen en het leven dat ze leiden. Ze kent zelf een aantal
gezichten van de dood en weet dat hij aan ieder mens weer iets anders van
zichzelf laat zien. Vaak gekleurd door cultuur of achtergrond, soms door angst,
soms door hoop. De dood trekt zich niets aan van grenzen,
de verhalen spelen zich dan ook af tegen verschillende culturele
achtergronden en in verschillende tijden.
Coby Schilder tekende met potlood bezielde
portretten van enkele hoofdpersonen. Niet van de dood zelf, want zoals u weet
heeft die vele gezichten.
Tijdens de presentatie van het boek op 10 oktober 2009 te Amsterdam mocht ik enkele gedichten voordragen over de dood.
23 september 2009 mocht ik uit handen van Pascal Smet, Vlaams minister voor Gelijke Kansen, Jeugd en Onderwijs, de eerste prijs in ontvangst nemen voor de Poëziewedstrijd van het HolebiHuis Vlaams Brabant, te Leuven.
5 gedichten van mijn hand werden genomineerd, de 4 andere genomineerde gedichten :
In 2009 kreeg ik de
eer om Jaardichter te zijn van de Cogels-Osylei – voor wie deze straat in
Antwerpen-Berchem (wijk Zurenborg) niet zou kennen, ze is wereldberoemd door
haar statige huizen (kleine kastelen soms) in jugendstil, art nouveau,
neoclassicisme en eclecticisme, gebouwd tussen 1881 en 1914, de ‘Belle Epoque’.
De Cogels-Osylei is
nu een publiekstrekker voor architectuurliefhebbers van over heel de wereld,
maar in de jaren 70 werd de beslissing genomen om de toenmalige (in verval
geraakte) gebouwen met de grond gelijk te maken en te vervangen door
flatgebouwen.Uiteindelijk gebeurde dat
niet, maar wat weinigen weten is dat dit voor een deel het gevolg is van een krakersbeweging
van hippies en kunstenaars, die de gebouwen niet enkel bezet hielden, maar ook
stilaan begonnen te renoveren (later met financiële steun van monumentenzorg
die eindelijk de culturele waarde van de huizen wist in te schatten)
Op vraag van kunstenares
Veerle Rooms, heb ik het verhaal van de krakers verwerkt in het gedicht dat ik
schreef ter gelegenheid van het jaarlijkse Lavendelfeest in de
Cogels-Osylei.In een eerder geschreven
gedicht verwerkte ik dan weer vooral de toen (en nu nog steeds) opspelende
protesten tegen het hele drukke busverkeer dat dagelijks over de kasseien raast
in deze straat - door de vele trillingen en de zware diesel- en
fijnstofvervuiling worden veel architectonische details aangetast.
Tijdens het
Lavendelfeest op 11 juli 2009 mocht ik voor de bewoners van de Cogels-Osylei
beide gedichten voordragen samen met een aantal andere gedichten.
.
Mooi en meedogenloos
.
Getekend door een lange strijd, gerenoveerd
veranderd door de tijden, hekken, poortjes en
portalen, inritten voor auto’s nu, van schrale
grond tot heerlijkheid en praalpaleizen
statig verrijzen zij, nog steeds, na veel bedreigen
mooi, meedogenloos, eclectisch in hun stijlen
te grote bussen donderen voorbij
op te gevaarlijke kasseien, la Belle Epoque
het trilt tot in de spijlen – Brabo en Jan Breydel