dinsdag 9 maart 2010

De Brug

.
 Antwerpen, dinsdag 9 maart 2010, voor Dana 
 
               werd mei 2019 gepubliceerd in gedichtenbundel 4e Poëzieprijs vtbKultuur Holsbeek       

15 opmerkingen:

  1. Zo herkenbaar Bert... En zo fraai gevat in woorden...

    BeantwoordenVerwijderen
  2. prachtig gedicht, sluit me geheel aan bij bovenstaande reactie.(Coenraats)
    Simone

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Heej Bert,

    Wat héérlijk om zo te kunnen mijmeren naast je eigen kind!

    Het is een waar geschenk - door de ‘goeie zorgen’ voortgekomen - dat je gedachten zo in een innig sereen en tevreden gevoel mogen uitmonden!

    Dikke knuffel en dankjewel voor deze innig lieve en mooie gedachten!

    Lieva

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Zoals jij dat dan vast kan leggen in woorden Bert, prachtig.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Prachtig en waarheid broer, het lezen pakt mij !!

    BeantwoordenVerwijderen
  6. WoW wat een fiere papa en ooo zo mooi

    BeantwoordenVerwijderen
  7. prachtig , ook grootouder zijn is heel bijzonder en inspirerend voor poëzie

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. absoluut, ondertussen ook al een hele reeks opi-gedichten geschreven 😉
      http://bertdeben.blogspot.com/search/label/Opi-gedicht

      Verwijderen
  8. Mede dankzij de liefde van haar ouwe …❤️

    Verjaardagsgroet,
    Assyke

    BeantwoordenVerwijderen
  9. Een prachtige ode voor die prachtige jonge vrouw. Laat ze verder genieten van die nog onbekende verwachtingsvolle toekomst.

    BeantwoordenVerwijderen
  10. Mijn dochter en ik

    Terwijl ik lees voel ik mijn dochter kijken;
    ik laat niets merken en lees rustig door.
    Haar leven doet zich helder aan mij voor:
    het zal in alles op het mijne lijken.

    Niets kan ik doen, opdat zij zal bereiken
    wat ik, amper gevonden, weer verloor;
    geen vindt van het geluk méér dan een spoor,
    ook zij niet, en ook zij zal het zien wijken.

    Ik sluit het boek. Wij zitten naast elkaar;
    geen woorden tussen ons, slechts, even maar,
    de glimlach van de een tegen de ander.

    't Is of ik in mijn eigen ogen staar,
    en wat daar staat, het is als water klaar,
    wanneer ik langzaam in mijzelf verander.

    (Ed Hoornik)

    BeantwoordenVerwijderen