In 2009 kreeg ik de
eer om Jaardichter te zijn van de Cogels-Osylei – voor wie deze straat in
Antwerpen-Berchem (wijk Zurenborg) niet zou kennen, ze is wereldberoemd door
haar statige huizen (kleine kastelen soms) in jugendstil, art nouveau,
neoclassicisme en eclecticisme, gebouwd tussen 1881 en 1914, de ‘Belle Epoque’.
De Cogels-Osylei is
nu een publiekstrekker voor architectuurliefhebbers van over heel de wereld,
maar in de jaren 70 werd de beslissing genomen om de toenmalige (in verval
geraakte) gebouwen met de grond gelijk te maken en te vervangen door
flatgebouwen.Uiteindelijk gebeurde dat
niet, maar wat weinigen weten is dat dit voor een deel het gevolg is van een krakersbeweging
van hippies en kunstenaars, die de gebouwen niet enkel bezet hielden, maar ook
stilaan begonnen te renoveren (later met financiële steun van monumentenzorg
die eindelijk de culturele waarde van de huizen wist in te schatten)
Op vraag van kunstenares
Veerle Rooms, heb ik het verhaal van de krakers verwerkt in het gedicht dat ik
schreef ter gelegenheid van het jaarlijkse Lavendelfeest in de
Cogels-Osylei.In een eerder geschreven
gedicht verwerkte ik dan weer vooral de toen (en nu nog steeds) opspelende
protesten tegen het hele drukke busverkeer dat dagelijks over de kasseien raast
in deze straat - door de vele trillingen en de zware diesel- en
fijnstofvervuiling worden veel architectonische details aangetast.
Tijdens het
Lavendelfeest op 11 juli 2009 mocht ik voor de bewoners van de Cogels-Osylei
beide gedichten voordragen samen met een aantal andere gedichten.
.
Mooi en meedogenloos
.
Getekend door een lange strijd, gerenoveerd
veranderd door de tijden, hekken, poortjes en
portalen, inritten voor auto’s nu, van schrale
grond tot heerlijkheid en praalpaleizen
statig verrijzen zij, nog steeds, na veel bedreigen
mooi, meedogenloos, eclectisch in hun stijlen
te grote bussen donderen voorbij
op te gevaarlijke kasseien, la Belle Epoque
het trilt tot in de spijlen – Brabo en Jan Breydel