zaterdag 9 december 1995

Wat baten kaars en bril …

 

 WAT BATEN KAARS EN BRIL  … 
      (n.a.v. een boek van ene Dr. Dyer) 
 
Je toont het onbetwistbaar aan:
ik ben als mens geheel alleen
er is er zoals ik maar één
en niemand kan mij dus verstaan

je duidt ook dat er zich in mij
geen enkel mens verplaatsen kan
men vindt geen inzicht in mijn plan
het gaat aan iedereen voorbij

beperktheid is ’s mens grootste doem
daar heb ik mij bij neergelegd
maar als nu alles wordt gezegd
en ook in een gedicht vernoemd
dan word ik toch wel triest en stil
dat jij het niet eens lezen wil. 
  
 
© bert deben  
Antwerpen, 9 december 1995, voor H. 

 .

Geen opmerkingen:

Een reactie posten